Rijkswaterstaat moet het hekwerk van de Oosterscheldekering na 35 jaar vervangen, omdat er sprake is van corrosie. Op een iconisch bouwwerk van dit formaat doe je dat natuurlijk niet zomaar. We plaatsten deze zomer een proefstuk van 45 m en evalueren dat met alle betrokkenen voordat we het toepassen over de gehele kering. Dat maakt het misschien wel de best doordachte leuning van Zeeland.
Video: Plaatsen proefstuk leuning
Over een lengte van 45 m is begin juli het proefstuk geplaatst. In deze video leggen Rijkswaterstaat, Quist Wintermans Architekten en de gemeente Veere uit wat daarbij kwam kijken.
Jan Anker, technisch adviseur Rijkswaterstaat: 'We zijn nu bezig met het verbeteren van de beveiliging van de Oosterscheldekering, zodat die minder makkelijk betreden kan worden. Daarvoor zijn we het hek aan het vervangen, dat was aan vervanging toe. Maar het wordt ook gelijk verhoogd, zodat je minder makkelijk op de pijlers kunt komen. We hebben ervoor gekozen om niet in een keer over de hele Oosterscheldekering dat hek te gaan vervangen.
Want ja, soms zie je iets over het hoofd, of iets werkt niet goed. Dus we hebben gezegd: we doen eerst bij 1 pijler - 45 meter - het hek vervangen. Dan gaan we het goed evalueren en daarna rollen we het uit over de hele Oosterscheldekering.'
Joost Brands, architect bij Quist Wintermans Architecten: 'We hebben dus een hekwerk bedacht wat de lange lijn van de kering benadrukt en ter plaatse van de pijler hebben we hem hoger gemaakt om daar de toegang tot de pijler extra veilig te maken. De voordelen voor de gebruikers van het nieuwe ontwerp, het nieuwe hekwerk, zijn dat de toegankelijkheid van de pijler is sterk verbeterd. De onderhoudsmensen kunnen gewoon met een deur nu de bordessen betreden en hoeven niet meer allerlei tijdelijke constructies te bouwen. Dus dat is een groot voordeel. Bij de Oosterscheldekering wordt ook illegaal gevist en de vissers die springen soms over het hek heen. En dat kan nu ook niet meer met dat nieuwe, grotere hek.'
Sjacky Vasseur, juridisch beleidsmedewerker bij de gemeente Veere: 'Als gemeente Veere werken wij samen met de gemeente Schouwen-Duiveland. Het plan wordt in de welstandscommissie gebracht en daar wordt gekeken naar de redelijke eisen van welstand. In de praktijk komt dat erop neer dat we kijken naar de juiste kleurstelling, de vorm en dat het plan ook past in de Oosterscheldekering. En eventueel naar de technische eisen die daar nog bij horen. Een proefstuk is heel fijn voor ons, omdat dat ons de kans geeft dat als het plan nog moet worden aangepast, we dat heel snel kunnen doen. En dat in samenspraak met Rijkswaterstaat, de architect en andere belanghebbenden, zoals de hulpdiensten.'
Jan Anker: 'Na de zomer dan starten we met het uitrollen van het definitieve ontwerp en die gaan we dan uitvoeren over de complete 3 kilometer van de Oosterscheldekering. Er zijn in totaal nu naast het vaste onderhoud zeven grote projecten die op de stapel staan. Van het moderniseren van de beveiliging tot het renoveren van de bewegingswerken. De kering is ongeveer 35 tot 40 jaar oud. Sommige onderdelen zijn iets ouder dan andere onderdelen en die zijn gewoon aan de eerste grote vervanging toe na zoveel jaren functioneren.'
Meer informatie? Kijk op rws.nl/bereikbaarzeeland
Een productie van Rijkswaterstaat ©2020
Alleen al de voorbereidingen voor het plaatsen van het huidige proefstuk namen ruim een halfjaar in beslag, aldus technisch adviseur bij Rijkswaterstaat Jan Anker. ‘Bij het maken van een eerste ontwerp hebben we verschillende partijen betrokken. Denk bijvoorbeeld aan de handhavers die regelmatig op de kering komen om onbevoegden als illegale vissers aan te pakken. Zij weten precies op welke plekken we de beveiliging kunnen verbeteren om dit te voorkomen.’
Daarnaast voerden we een aantal gesprekken met de onderhoudsaannemers. ‘Aan hen hebben we gevraagd: wat hebben jullie nodig om jullie werk goed te kunnen doen? Een betere beveiliging van de pijlers mag het dagelijkse onderhoud aan de kering natuurlijk niet in de weg zitten. Bovendien was het sowieso ons doel om tijdens het vervangen van de leuningen meteen een aantal Arbo-technische verbeteringen door te voeren.’
Ontwerp op basis van alle wensen en eisen
Met al die wensen en eisen ging Rijkswaterstaat naar Quist Wintermans Architekten, waar ze alles verwerkten in een mooi ontwerp. Ook de welstandscommissies van de gemeente Veere en Schouwen-Duiveland kregen inspraak in dit eerste voorstel. ‘Zij brengen een advies uit aan de gemeente of het voorgestelde ontwerp past in de beeldkwaliteit. Op basis daarvan krijgen we een bouwvergunning toegekend om dit ontwerp daadwerkelijk te mogen plaatsen’, legt Jan uit.
De nieuwe reling is over de gehele lengte ten minste 20 cm hoger en heeft verticale spijlen, in plaats van horizontale. Ter hoogte van elke pijler is er een verhoogd hekwerk om onbevoegden buiten de deur te houden. Daarnaast is er in het ontwerp rekening gehouden met de werkbaarheid voor onderhoudsmonteurs én met de vereiste stevigheid. ‘Een hekwerk op deze locatie moet bestand zijn tegen de zwaarste klasse windbelasting’, aldus Jan.
