Het Waterschap Hunze en Aa’s versterkt de zeedijk langs de Dollard van noordoost Groningen tot aan de Duitse grens om aan de toekomstige veiligheidseisen te voldoen. Programmamanager Erik Jolink legt uit hoe in de stap-voor-stap-aanpak kennis en natuurlijke materialen letterlijk meegroeien met het project en de veiligheidseisen.

'De klutenplas werd meteen na aanleg bevolkt'

Erik Jolink
Erik Jolink

In het Deltaprogramma Waddengebied is de Brede Groene Dijk van Waterschap Hunze en Aa’s een innovatief dijkconcept. Het is een brede met gras begroeide dijk met een bovenlaag van klei. Toch is het gebruik van klei een oude techniek, die in Nederland niet (veel) meer wordt toegepast langs de kust. In Duitsland wel. Daar ligt langs de Dollardkust een soortgelijke dijk.

De groene dijk biedt voordelen voor het waterschap, geeft Erik Jolink aan. ‘De rijzende zeespiegel is een van de grote onzekerheden waar we mee te maken hebben. In het kader van klimaatadaptatie is een brede groene dijk gunstiger dan een traditionele dijk met asfaltbekleding. Stijgt de zeespiegel sneller, dan hoef je er alleen klei bovenop te smeren. Bij een asfaltdijk moet eerst het asfalt verwijderd worden.’

Asfaltbekleding of gras?

Aan de keuze voor de groene dijk ging een traject vooraf. De zeedijk grenst aan kwelders met een Natura 2000-status met veel milieuregels. ‘Je hebt ook een verantwoordelijkheid naar de omgeving’, stelt Erik. Daarom startte het waterschap met een symposium voor de omgevingspartijen. Zij kregen de keuze: asfaltbekleding of gras? Aangrenzende eigenaren, natuurbeheerders, deskundigen en overheden spraken hun voorkeur uit voor een groene dijk in het mooie kwelderlandschap.

Deze gezamenlijke keuze voor een groene dijk is door het waterschap uitgewerkt in een veilig ontwerp. Daarin is de oorspronkelijke hellingsgraad aangepast van 1:4 naar 1:7, omdat de dijk beter golfklappen kan opvangen als de helling flauwer is. De Brede Groene Dijk krijgt een dikke kleilaag met daarop gras. Dit kleipakket kan de golfklappen opvangen zonder dat de grasmat of onderliggende kleilaag hiervan te lijden heeft. Voor dit ontwerp is 1,7 miljoen m3 klei nodig. Het waterschap wil hiervoor zelf het slib winnen en vervolgens laten rijpen tot klei. Dit voorkomt vele tienduizenden vrachtwagenbewegingen. ‘Een ongelooflijke uitsparing, die het milieu ten goede komt’, zegt Erik.

Lerend bouwen

De huidige dijk voldoet nu nog aan veiligheidsnormen. ‘We hebben daarom de tijd om onze aanpak te testen en al lerend te bouwen’, vertelt Erik. Het waterschap bouwt daarom eerst een demonstratiedijk van 1 km. Het testen en monitoren van dit vak gebeurt in de periode 2021 tot 2024. Voldoet de natuurlijke dijk? Dan wordt de proef uitgebreid, eerst naar 12,5 km. Daaruit blijkt of het hele dijktraject op die manier aangelegd kan worden om op tijd aan de nieuwe veiligheidsnormen te voldoen. Deze aanpak heeft nog een ander voordeel, zegt Erik. ‘In die periode kan de klei voor de volgende trajecten rijpen. Zo groeit het materiaal mee met de stappen in het dijkproject.’

Het winnen van het slib gebeurt in een Natura 2000-gebied en gaat hand in hand met verbetering van de natuurkwaliteit. Het estuarium in de Eems-Dollard verbetert door de winning van slib. Door een kleiput op de kwelder - die zichzelf weer vult door natuurlijke aanslibbing - ontstaat namelijk een ‘kleimotor’. Tegelijkertijd neemt de vertroebeling af. Dit effect treedt ook op bij de natuurpolder Breebaart, waar klei gemaakt wordt van slib uit brakwater, en bij het maken van klei van baggerslib uit de haven van Delfzijl. Onderdeel van het plan is bovendien de aanleg van een klutenplas in het kweldergebied, waarbinnen op een eiland vogels ongestoord kunnen nestelen en broeden.

Klei van slib

Monitoren wordt een belangrijk onderdeel van het project. Het waterschap wil meer inzicht krijgen in de hydraulische randvoorwaarden, golfhoogtes en hun effecten. Bij deze onderzoeken zijn ook de andere waterschappen aangesloten. Erik is bovendien erg geïnteresseerd in de ontwikkeling van het kleipakket in de dijk. ‘Klei van slib is andere klei dan landbouwklei. We willen weten hoe de scheurvorming van onze zelfgerijpte klei van slib is. Ook de ontwikkeling van de klutenplas, die meteen na aanleg bevolkt is, wordt nauwlettend gevolgd.’

Het winnen van klei in het gebied waar Rijkswaterstaat het bevoegd gezag vormt, is geen vanzelfsprekendheid. Erik: ‘Het is een bijzonderheid. Normaal krijgen we hier geen vergunning voor. In het kader van kennisontwikkeling rondom het verbeteren van de waterkwaliteit van het estuarium in de Dollard is de vergunning verleend. Alle partijen zien duidelijk in dat er een gezamenlijk belang mee wordt gediend. Dat blijkt ook wel uit de reacties op de plannen. Er is namelijk geen enkele zienswijze gekomen.’

Meer informatie: Erik Jolink, Waterschap Hunze en Aa’s 0598 - 693 249