In november dit jaar voerde Rijkswaterstaat 2 weken een intensief testtraject uit met zelfvarende boten. Rijkswaterstaat werkte daarbij samen met 2 Europese marktpartijen: het Britse ASV en Maritime Robotics uit Noorwegen. Beide bedrijven zijn gespecialiseerd in autonome dan wel onbemande vaartuigen. James Cowles, commercieel technisch verkoopmanager ASV en Vegard Evjen Hovstein, directeur Maritime Robotics vertellen over hun ervaringen.

De zelfvarende boot aan het werk tijdens het intensieve testtraject in november.

James Cowles
James Cowles, commercieel technisch verkoopmanager ASV

'Pas als er daadwerkelijk een aanvaring dreigt, wijkt het voertuig af van de eigen koers'

'Het systeem laten falen is erg moeilijk'


'Wij bouwen zelf vaartuigen, van 2 tot 13 meter lengte. We bouwen ook bestaande vaartuigen om. Wij doen dit al 7  jaar, en hebben meer dan 1.300 dagen testervaring op het water. We simuleren dus niet, we testen onze systemen altijd op het water.
Voor Rijkswaterstaat hebben we getest hoe zelfvarende boten, ‘autonomous surface vehicles’, zich gedragen bij dreigende aanvaringen. Dit hebben we gedurende 3 tot 4 dagen getest.

We zijn begonnen met de basis, wat wij eigenlijk al jaren doen: het varen op vaste punten en plaatsen, zodat Rijkswaterstaat begrijpt hoe het systeem werkt. Daarna zijn we met de geavanceerde systemen aan de slag gegaan. Dat wil zeggen: met de sensoren die we aan boord hebben, zoals AIS (Automatisch Identificatie Systeem) en radar, andere vaartuigen opsporen en proberen ze te vermijden. We hebben als het ware aanvaringen ‘gecreëerd’. De test was erg succesvol, in zoverre dat we geen aanvaringen hebben gehad.

Voor deze test hebben we een bestaand Brits militair voertuig (BAE Systems) van 9,5 meter gebruikt. Die hadden we eerder al omgebouwd en hebben we aangeboden aan Rijkswaterstaat. Het vaartuig was dus al beschikbaar. We hoefden alleen de software te updaten, en daarna konden we al snel met testen beginnen. We hadden geen aanvaringen verwacht. We proberen te begrijpen wat de beperkingen zijn van ons systeem.

Maar we zijn blijkbaar al heel ver; het is erg moeilijk om het systeem te laten falen. Het systeem is geavanceerd, op die manier dat het feedback geeft op wat het denkt. Het geeft dan bijvoorbeeld aan: Er is een obstakel, ik maak nu een draai om het obstakel te ontwijken. Het systeem houdt zich bovendien aan de bestaande vaarregels. Dat wil zeggen: als een ander voertuig iets verkeerd doet, dan blijft het voertuig zo lang mogelijk op koers varen. Pas als er daadwerkelijk een aanvaring dreigt, wijkt het voertuig af van de eigen koers. Het systeem is ook geavanceerd, omdat het in staat is te voorspellen wat een ander voertuig doet: Dit vaartuig draait, dit vaartuig gaat snel. Dat projecteert het systeem als een risico. Het autonome vaartuig kiest vervolgens een route door de berekende, lage risico’s in het vaarlandschap, het ‘low risk landscape’. Dit is wat wij noemen collission regulation, het reguleren van aanvaringen.

Dit was de eerste keer dat we hebben samengewerkt met Rijkswaterstaat. Dat ging erg goed. We zijn al in een vroeg stadium bij het plan betrokken. De doelen waren scherp geformuleerd. En op de eerste testdag was iedereen op de hoogte en waren alle faciliteiten aanwezig. De samenwerking was erg geslaagd. We hopen in de toekomst weer met Rijkswaterstaat samen te werken.'

Zelfvarend schip in actie
Hovstein
Vegard Evjen Hovstein, directeur Maritime Robotics

'Mijn collega’s waren erg verheugd, en ook trots over het verloop van de test en de prestaties van de boot, over het hele project eigenlijk'

'Tests op intensief bevaren water zijn waardevol'


'Maritime Robotics richt zich zowel op onbemande luchtballon-, vaartuig- en vliegtuigsystemen. We hebben een divers aanbod, deels omdat de markt ons die kant op heeft gestuurd; de markt is geïnteresseerd in alledrie de oplossingen. Alle oplossingen opereren in een maritieme omgeving, dat hebben de 3 platformen gemeenschappelijk en daar profileren wij ons op. Daarnaast hopen we op samenwerking tussen de 3 platformen. Wat we bij het vliegtuigsysteem ontwikkelen, kunnen we dan meenemen of gebruiken bij de andere 2 systemen en vice versa. De techniek is erg gelijkwaardig.

Het hoofddoel van de test was: mogelijke situaties met aanvaringen testen bij onbemande boten. We willen weten hoe de boot omgaat met deze situaties, hoe het systeem objecten of andere boten op de zee vermijdt. Rijkswaterstaat heeft daartoe een aantal testscenario’s uitgewerkt. Dat was een mooi ‘arrangement’ aan mogelijke situaties die zich op zee voor zouden kunnen doen. De test was goed doordacht en heel systematisch opgezet.
We hebben erover gesproken om een Nederlandse marineboot uit te rusten met apparatuur, maar dat was duurder dan de boot te gebruiken die wij zelf ook inzetten bij het testen en ontwikkelen van onze technologie. Die is uitgerust met sensoren en andere speciale systemen. We hebben daarom onze eigen boot geprepareerd voor deze test. We kennen de boot, we weten hoe de systemen functioneren, dat werkt wel zo prettig. De boot is in 1 geheel teruggekomen. Mijn collega’s waren erg verheugd, en ook trots over het verloop van de test en de prestaties van de boot, over het hele project eigenlijk.

Om een dergelijke reeks van testen, van ‘sea trials’, te arrangeren op intensief bevaren zeewater, is heel waardevol. Normaal moet je daar heel veel research voor doen. Dat ons systeem door deze test heen is gegaan, heeft ons een schat aan informatie opgeleverd waarmee we het ook weer verder kunnen ontwikkelen. Het is voor ons een zeer waardevolle ervaring. De voorbereidingen hebben bijna 1 jaar geduurd. En we hebben het project samen met Rijkswaterstaat tot een goed einde gebracht. Ook de communicatie verliep goed. Het was van begin tot eind bijzonder verrijkend. Samenwerken met Nederlandse en Duitse partijen gaat over het algemeen goed. De systemen doen wat ze moeten doen. En er is een gedeelde taal en cultuur. We hopen op een voortzetting van de samenwerking.