Marker Wadden is een geliefde pleisterplaats. Bezoekers worden na een frisse boottocht elk seizoen weer verrast door nieuwe natuur in de uit slib opgebouwde groene archipel. Voor dit bijzondere aanlegproject is onlangs een beleidsevaluatie uitgevoerd. Programmamanager Wiegert Dulfer van Rijkswaterstaat vertelt over de uitkomsten.

Wiegert Dulfer, programmamanager Kennis- en Innovatieprogramma Marker Wadden
Wiegert Dulfer, programmamanager Kennis- en Innovatieprogramma Marker Wadden

Herstel ecosysteem Markermeer 

Lange tijd was het Markermeer gereserveerd voor de beoogde aanleg van de Markerwaard. Met de Nota Ruimte (2004) lag de toekomst van het Markermeer weer open. Met de waterkwaliteit was het ondertussen slecht gesteld en ook de kwaliteit van flora en fauna liep terug. Hiervoor zijn plannen uitgewerkt om dit te verbeteren, met bijbehorende MER ‘Eerste fase Marker Wadden’(2013) en het plan-MER voor het bestemmingsplan Marker Wadden (2014). Natuurmonumenten en Rijkswaterstaat werden partners bij het herstellen van het ecosysteem van het Markermeer en bij het ontwikkelen van een eilandengroep. 

Sliboverlast verminderen

De eilanden in het Markermeer zijn een voorbeeld van ‘building with nature’. Meerdere maatregelen zijn gecombineerd om de sliboverlast van het Markermeer te verminderen en tegelijkertijd de biodiversiteit en overgangszones tussen water en land te verbeteren. Dit was de basis voor een eilandengroep met slikken, zand- en schelpenbanken, ondiep water, oeverbegroeiingen, moeras en rietland. 

Lerend programma 

Wiegert Dulfer is als programmamanager Kennis- en Innovatieprogramma Marker Wadden (KIMA) betrokken (namens de minister als opdrachtgever) voor de ‘Beleidsevaluatie Marker Wadden’ (2022). De evaluatie is toegespitst op de onderdelen waterkwaliteit, het vogelparadijs en het kennisprogramma zelf. Wiegert hoopt dat de ervaringen met gevolgde aanpak ook in andere projecten gebruikt kunnen worden. “De systematiek voor monitoring en evaluatie wordt ook opgezet voor projecten uit de Programmatische Aanpak Grote Wateren. Het is een lerend programma.”

Wat kwam er uit de beleidsevaluatie Marker Wadden?

  • Geulen en putten bieden variatie in het onderwaterlandschap en zijn in warme of koude periodes aantrekkelijk voor spiering.  
  • Door slib aan het systeem te onttrekken wordt het water helderder. Dit is gunstig voor groenalgen, die weer een voedselbron zijn voor bijvoorbeeld spiering. De slibvrije randen aan de rand van de geulen zijn gunstig voor bijvoorbeeld driehoeksmosselen. 
  • Op het eiland was sprake van erosie door andere stromingspatronen en opwaaiingscondities.
  • Langs de eilanden ontstond luw en helder water waarin waterplanten zich kunnen ontwikkelen.
  • Het natuureiland stimuleert de groei van water- en moerasvegetaties. Het moeras wordt een voedselrijke plek om te rusten en te ruien en wordt ook de kraamkamer voor vissen. 

Wereldwijde belangstelling

De resultaten van de evaluatie zijn gepresenteerd op een internationaal congres (zie kader). Wereldwijd is er veel belangstelling voor de ervaringen met het bouwen met slib, omdat dit een alternatief kan zijn voor zand dat steeds schaarser wordt. “Vooral vanuit de waterbouwwereld wordt reikhalzend gekeken naar onze natuureilanden. Alleen in San Francisco is er een vergelijkbaar project met slib in ontwikkeling. Ook de trekkersrol van Natuurmonumenten in een publiek project krijgt internationaal veel waardering,” merkt Wiegert.  

Water en bodem sturend 

In de ‘Water- en bodem sturend’ brief van het kabinet wordt benoemd dat er geen nieuwe landaanwinning (eilanden) meer wordt toegestaan in het IJsselmeergebied, behalve voor overstroombare natuur en om te voldoen aan de Natura 2000-doelen en de Kaderrichtlijn Water. “Bij de start van de Marker Wadden was de beschikbaarheid van zoetwater nog niet zo’n issue. Met de droge zomers van de afgelopen jaren liep de hoeveelheid zoet water te hard terug,” verduidelijkt Wiegert. Wel ziet hij dat in de kabinetsbrief de doelstelling voor de Kaderrichtlijn Water onverkort blijft bestaan. “Om de waterkwaliteit te verbeteren hebben we rondzwervend slib gebruikt als bouwmateriaal. De glooiende oevers en overstroombaarheid van de eilanden bieden kansen voor biodiversiteit.” 

Het voorbeeld van Marker Wadden kan volgens Wiegert gebruikt worden om de ecologische kwaliteit in het hele gebied te verbeteren. Het IJsselmeer is nu een soort badkuip met aan de randen overal steile oevers van steen. “Dat is indertijd zo gedaan vanuit veiligheid en niet vanuit ecologie. Door overgangszones tussen water en land te verbeteren kan nog veel winst worden behaald in een groter gebied. ” De waterkwaliteit kan binnen de randvoorwaarden van water en bodem sturend dus nog steeds verbeterd worden.

Meer informatie: Wiegert.Dulfer@rws.nl  

Fotograaf Johanna Minaard