Om bedrijven in beweging te krijgen voor energiebesparing, koopt Rijkswaterstaat samen met gemeenten en omgevingsdiensten energieadvies in. Deze bijzondere inkoopprocedure op basis van het ‘Open House’ model is nieuw voor Rijkswaterstaat. Inkoopadviseur Rogier de Wilde: ‘Voor de markt is dit model minder complex dan aanbestedingen en raamovereenkomsten. Het is dynamischer.’

‘Voor de markt is dit model minder complex dan aanbestedingen en raamovereenkomsten’

Nederlandse mkb-bedrijven hebben een energiebesparingsplicht. Zijn er energiebesparende maatregelen mogelijk waarvan de investering binnen 5 jaar is terugverdiend? Dan móet een bedrijf die maatregelen in principe doorvoeren. Bovendien hebben bedrijven informatieplicht. Deze plichten zijn onder andere ingevoerd vanwege de Urgenda-uitspraak: eind 2020 moet Nederland 25% minder broeikasgassen uitstoten dan in 1990. Groot probleem is dat de regelingen nieuw en daarmee ook onbekend zijn. Vrijwel niemand houdt zich eraan of is ermee begonnen. Om bedrijven in beweging te krijgen, heeft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) 4,7 miljoen euro beschikbaar gesteld. Rijkswaterstaat kreeg de taak om dit budget optimaal te verdelen.

Energieadviseurs selecteren

Rijkswaterstaat vindt het belangrijk dat het beschikbare geld zo veel mogelijk energiebesparing bij bedrijven oplevert en bedacht een plan om de verantwoordelijke instanties te helpen, vertelt inkoopadviseur Rogier de Wilde. ‘Als juridische opdrachtgever selecteert Rijkswaterstaat gekwalificeerde energieadviseurs als opdrachtnemer om energie-expertise te leveren. Gemeenten en omgevingsdiensten doen als afnemers van de diensten een beroep op die energie-expertise binnen het aan hen toegewezen budget.’

‘Gemeenten of omgevingsdiensten kiezen zelf een adviseur uit een door Rijkswaterstaat samengestelde “kaartenbak”’

Budget optimaal verdelen

In principe hebben gemeenten de verantwoordelijkheid om bedrijven aan hun energiebesparingsplichten te houden en te zorgen dat zij hiervoor echt in beweging komen. Om hen te helpen, wijst Rijkswaterstaat aan elke gemeente van de beschikbaar gestelde 4,7 miljoen euro een budget toe. De Wilde legt uit dat dit gebeurt op basis van het aantal energieaansluitingen bij bedrijven in die gemeente – afhankelijk van de onderlinge afspraken en wie de rapportage bij de RVO kan indienen. ‘Gemeenten mogen dit budget zelf inzetten, maar ze mogen dit ook via een omgevingsdienst doen: een uitvoeringsorganisatie voor meerdere gemeenten in dezelfde regio.’

Werkzaamheden voor vaste prijzen

Daarnaast heeft Rijkswaterstaat een lijst opgesteld met 12 helder omschreven werkzaamheden, die de verantwoordelijke organisaties voor een vooraf vastgestelde prijs kunnen inhuren. ‘Denk aan het bezoeken van een bedrijf en het maken van een energiebesparingsrapport’, licht De Wilde toe. ‘Daarvoor kiezen gemeenten of omgevingsdiensten zelf een adviseur uit een door Rijkswaterstaat samengestelde “kaartenbak”. Samen met deze opdrachtnemer maken ze werkafspraken. Vervolgens dienen ze een aanvraag in met een plan van aanpak. Rijkswaterstaat toetst of die voldoet aan de richtlijnen en de eisen bij het budget. Nadat het werk opgeleverd is, tekent de opdrachtnemer hiervoor. Na een bevestiging van de gemeente of omgevingsdienst betaalt Rijkswaterstaat de afgesproken prijs.’

Energiebesparingsplicht

Bedrijven die jaarlijks minimaal 50.000 kWh elektriciteit, 25.000 m3 aardgas of een equivalent daarvan gebruiken, zijn verplicht om alle energiebesparende maatregelen te nemen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder. Om bedrijven hierbij te helpen, zijn voor 19 bedrijfstakken Erkende Maatregelenlijsten opgesteld. Het is belangrijk dat het energieverbruik daadwerkelijk vermindert, bijvoorbeeld door gebouwen te isoleren of over te stappen op ledverlichting. Gebruik van hernieuwbare energiebronnen, zoals wind of zon, telt niet als energiebesparende maatregel.

Minder complex dan aanbesteding

Op deze manier kopen Rijkswaterstaat en de uitvoeringsorganisaties dus eigenlijk samen energieadvies in voor bedrijven. Rijkswaterstaat doet de selectie op basis van minimale eisen. De gemeente of omgevingsdienst kiest uiteindelijk de marktpartij en doet dus de feitelijke gunning. Rijkswaterstaat toetst puur op vooraf vastgestelde eisen en voldoet als opdrachtgever de betaling na oplevering van het werk conform de eisen. Daarmee verschilt deze inkoopmethode wezenlijk van procedures onder het volledige regime van de Aanbestedingswet, legt De Wilde uit. ‘We moeten de basisbeginselen wel volgen, maar dit zogeheten Open House model biedt een vrijere invulling en daarmee een grotere flexibiliteit. Voor de markt is het minder complex dan aanbestedingen met raamcontracten en minicompetities. Het is dynamischer.’

‘Met name voor kleine bedrijven is dit systeem voordelig. Die maken bij aanbestedingen vaak weinig kans’

Gemeenten en bedrijven zijn positief

Het Open House model is gebaseerd op het oorspronkelijke Finse systeem voor landbouwadvisering. In Nederland wordt het veel gebruikt in het sociaal domein, bijvoorbeeld voor thuiszorg. Patiënten roepen dan hulp in bij een zorgaanbieder uit de selectie van de gemeente en de gemeente betaalt de rekening. ‘Maar voor Rijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is deze methodiek nieuw’, stelt De Wilde. Om het mkb te activeren voor energiebesparing is het systeem in ieder geval succesvol. ‘Wij hebben inmiddels meer dan 50 opdrachtnemers geselecteerd, zowel landelijke als regionale spelers. Met name voor kleine bedrijven is dit systeem voordelig. Die maken bij aanbestedingen vaak weinig kans. Bij onze selectie houden we de drempel bewust laag. We accepteren alle inschrijvers zolang ze aan de gestelde minimale eisen voldoen. Ook gemeenten zijn positief. Zij hebben hun best gedaan voor een plan van aanpak en willen graag meewerken. De Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek liet bijvoorbeeld al weten dat verschillende gemeenten waar zij voor werken zelf extra budget willen bijdragen. En ongeveer een kwart van de opdrachten gaat nu daadwerkelijk naar eenmansbedrijven. Dat is mooi, want voor hen is een opdracht van zeg 25.000 euro serieus geld.’

Voortgang monitoren

Deze centrale inkoopstrategie helpt bovendien om de voortgang van de energiebesparing te monitoren. Rijkswaterstaat heeft daarvoor een digitaal systeem opgezet, dat continu geüpdatet wordt. De Wilde: ‘Zo ontstaat voor alle regio’s een overzicht van welke werkzaamheden nu lopen en al zijn afgerond, in welke bedrijfssectoren deze werkzaamheden plaatsvinden en hoeveel budget ermee gemoeid is. Op die manier kunnen we ook duidelijk verantwoorden hoe we het door EZK beschikbaar gestelde geld besteden.’